Gelotologie, de wetenschap van de lach is lollig

Ik zou mezelf een gelotologie docent kunnen noemen. Maar dat roept teveel vragen op.

Lang, lang geleden leerde ik aan de MEAO. Voor het vak Nederlands schreef ik mijn scriptie over ‘humor in de literatuur’. Kennelijk was mijn belangstelling voor plezier, humor en lach al flink aanwezig.

Humor

Lachen zonder reden is pas een aantal jaren echt bekend aan het worden. Daarvoor, en meestal nu nog, wordt de lach opgewekt door humor. Iets geks wat je ziet, een grap die je hoort of een aparte sensatie.

Die sensatie kun je overigens krijgen als je tussen de deurpost gaat staan en een minuutje met je handen aan weerszijden als het ware de deurposten weg probeert te duwen. Wanneer je dan een stapje naar voren zet en je armen ontspannen langs je lichaam laat hangen dan gaan ze vanzelf omhoog. Te grappig.

Lezers vragen zich af

Humor kwam ook naar voren toen ik een tijdje geleden aan de lezers van deze artikelen de vraag stelde: Wat houd jou bezig als het gaat om de lach?

Erna vraagt zich af wat humor eigenlijk is en waarom sommige mensen om bepaalde dingen lachen en anderen niet. Ook Bauke bedenkt zich dat ze in de lach schiet om een grap die bijvoorbeeld op tv gemaakt wordt, maar dat ze zich niet eens realiseert waarom precies.

Rob en Simone geven alle vier aan dat de lach ontstaat door humor. En humor is iets onverwachts. Coen zegt het mooi: “De beleving van een onverwacht humormoment”. Dini deelt een vrolijke moment:

Gisteren was ik uit eten met mn vriend en toen wilde alleen mn vriend n toetje. Ik zei tegen mn vriend dat ik dan wel n hapje wilde. Toen kwam de ober, de ober had per ongeluk 2 lepeltjes meegenomen en maakte zn foutje goed met een grapje: ‘dan kan je ook n hapje proeven’ zei hij. Toen moesten we lachen. Toen kwam er een serveerster met het toetje en die legde t toetje neer, en ze zei tegen mij ‘wat had jij’? Ik zei ik heb geen toetje. Toen griste ze heel resoluut t lepeltje weg en zei ‘o dan heb je deze niet nodig’. En nog voordat ik iets kon zeggen zo snel was ze al weg. Toen lagen we helemaal in ’n deuk. Om dat soort dingen moet ik het meeste lachen.

Mopje

Het is groen en het is moe. Wat is dat?

Of je weet het antwoord en er komt een glimlach op je lippen omdat je het antwoord weet en je wellicht terug moet denken aan de lagere school, of je weet het niet en je scrolt meteen naar het einde van de tekst om het antwoord te lezen, waarna er weer een glimlach op je gezicht je verschijnt omdat het toch wel grappig is.

Gelotologie

Maar waarom is het grappig? Waarom moeten we lachen?

Een grap, een mop, bestaat bij de gratie van twee belangrijke elementen.

  1. Opbouw van spanning. Lachen als reactie op iets, is eigenlijk een ontlading van spanning. Daarvoor moet er natuurlijk wel spanning opgebouwd zijn, anders valt er niets te ontladen. Logisch toch? Nieuwsgierig worden door een vraag waarop je het antwoord niet weet zorgt voor de opbouw van die spanning.
  2. De clou, de twist, het springen naar een andere gedachte en plots alles wat je weet in een ander licht zien maakt dat de spanning loskomt en ontlaadt door te lachen.

Hoe langer de spanning opbouwt, hoe groter de ontlading.

Wat dacht je van deze mop? Overigens, als je hem al kent, vertel hem dan weer eens aan iemand anders. Het is minstens zo leuk om een lach op het gezicht van iemand anders te toveren.

Een Jantje-mop

Jantje, je weet wel, die ene die altijd in mopjes voor komt, zit op school in de klas.

De juf zegt: “Kinderen, vandaag hebben we het over sport. Noem allemaal eens een sportattribuut.”

“Een hockeystick,” zegt Jeroentje. “Goed Jeroen, jij hebt het begrepen. Je krijgt een ster bij je naam,” zegt de juf terwijl ze een ster achter de naam van Jeroentje plakt.

“Een tennisracket,” zegt Tamara. “Goed Tamara, precies wat ik bedoel. Ook jij krijgt een ster bij je naam,” zegt de juf en plakt een glanzende ster achter de naam van Tamara op het bord.

Jantje wil ook wel zo’n mooie ster en steekt zijn vinger hoog in de lucht. “Zeg het maar Jantje,” zegt de juf.

“Een pingpongballetje juf,” zegt Jantje.

“Wat,” zegt de juf, “eruit, nu meteen. Ga op de gang staan!”

Jantje kijkt haar verbouwereerd aan en druipt af. Terwijl hij op de gang zit na te denken over wat er gebeurd is komt het hoofd van de school langs.

“Wat is er gebeurd, waarom zit jij op de gang Jantje?” vraagt het hoofd. Jantje kijkt hem vragend aan en begint uit te leggen. Hoe de juffrouw vroeg om sportattributen en dat hij ‘een pingpongballetje’ zei en dat hij daarom naar de gang gestuurd was.

“Wat,” zegt het hoofd van de school, “naar huis, en morgen een briefje van je moeder mee!”

Jantje sjokt in totale verwarring naar huis. Hij weet zeker dat zijn moeder hem wel begrijpt.

“Wat is er gebeurd,” vraagt zijn moeder, “waarom ben je zo vroeg thuis Jantje?”

En Jantje vertelt. Dat het hoofd van de school hem naar huis gestuurd heeft, o ja, hij moet morgen een briefje meenemen, en dat de juffrouw had gevraagd om sportattributen, en dat hij alleen maar “pingpongballetje” zei en dat het toen mis leek te gaan.

“Wat,” zegt Jantjes moeder, “naar boven. Je gaat zonder eten naar bed!”

Jantje weet het allemaal niet meer en huilt zichzelf in slaap. De volgende dag gaan ze opa bezoeken. Opa is een oud en wijs man en Jantje besluit aan opa te vragen wat er aan de hand is met het pingpongballetje.

Opa ligt al een tijdje op bed maar is kennelijk blij om Jantje weer eens te zien. “Opa, mag ik u iets vragen?” zegt Jantje. “Dat is goed Jantje, kom maar iets dichterbij,” zegt opa.

Jantje vertelt het hele verhaal. Van de juf die hem de gang op stuurde, het hoofd van de school die hem naar huis stuurde en zijn moeder die hem zonder eten naar bed stuurde. “En ik zei alleen maar: pingpongballetje, opa,” zegt Jantje.

“Kom nog iets dichterbij Jantje, dan zal ik het je uitleggen,” zegt opa zachtjes. Jantje kruipt dichterbij. Hij hoort een zacht gerochel. “Archglm”. Opa blaast zijn laatste adem uit.

Oh wat erg, een onopgeloste mop. Heb je een gevoel van teleurstelling? Nieuwsgierigheid? Hoe moet de spanning nu ontladen?

Lees dat morgen in het volgende artikel >>

ǝظpɐɐןqdɐɐןs uǝǝ

Dit bericht is geplaatst in Werk, leven en spelen. Bookmark de permalink.